Het was een dag met veel verschillende ondergronden om op te rijden. Mooi glad asfalt, gravel, klinkers, tegels, grind, zand. En dat laatste dan dusdanig dat ik er niet doorheen kon fietsen. Ik zag op de kaart dat het niet meer dan een halve kilometer kon zijn, maar ook dat er niet echt een alternatief was, dus ik zwoegde me er maar doorheen.
Kort daarna was ik in Bourtange, een alleraardigst stadje, ik was er lang geleden al eens geweest, en ik wilde er wat foto’s maken, maar het was er gewoon te druk. Op maandagochtend! Voordeel van het toeristisch karakter van de plaats was dat je er zelfs op maandagochtend koffie kon drinken.
Kort na Bourtange, nog geen kilometer schat ik, ging ik de grens over. Opvallend was het aantal hoi-zeggers. Of dat nou allemaal Nederlanders waren, of dat hoi hier bij de streek hoort?
Terwijl ik langs de Ems fietste dacht ik ineens huh, wat voel ik nou? Waren het wat regenspatjes. Dat hadden we niet afgesproken! Wilde ik op mijn telefoon kijken hoe erg het ging worden: geen bereik. Dat is inderdaad ook Duitsland, het bereik in landelijke gebieden is er soms gewoon niet.
Vlak voor ik bij m’n camping aankwam was ik even in mijn hoofd aan het repeteren hoe je ook alweer zegt dat je een plekje voor een nacht zoekt. Zo goed is mijn Duits niet. Werd ik door de campingbaas in het Engels aangesproken. En niet met een Duits accent, ik vermoed een Amerikaan van geboorte.
Ik ben overigens de enige gast. Maar leuk plekje (zie foto) en prima sanitair.
Over foto’s gesproken, omdat ik niet een goede verbinding heb zal ik soms alleen de tekst publiceren, de foto’s komen dan op een later moment.





Ha! Duitsland in, waar men het bier in royale halve liters schenkt.
Ha ha, als ik onderweg bier drink kom ik nergens meer. Maar het komt er vast wel van.
Camping met campingtafel én waslijnen. Het moet niet luxer worden.